Opleiding Cardiologie Regio West

Stage polikliniek

Het onderdeel polikliniek loopt als een rode draad door de opleiding van het 3e/4e tot het 6e jaar. Volgens het landelijk opleidingsplan Cardiologie dient de AIOS gedurende de opleiding 100-150 dagdelenpoli te doen. Naast een algemene polikliniek zijn er ook diverse specialistische poliklinieken waarbij de AIOS specifieke kennis op kan doen.

Stage LUMC 
Duur: lijnonderdeel gedurende het 3e t/m 6e jaar, 1-2 dagdelen per week.
Stagehouder: Dr. A.H.J.A. (Arthur) Scholte

Inhoud van de stage

De AIOS doet gedurende de gehele opleiding in totaal +/- 120 dagdelen poli. Het onderdeel polikliniek vlecht zich als een lijnonderdeel door de gehele opleiding heen. In het LUMC is ervoor gekozen om de AIOS niet de gehele drie jaar dezelfde polikliniek met dezelfde supervisor te laten doen met als achtergrond het idee dat elke supervisor een andere insteek heeft waar de AIOS van kan leren. Op de assistentenpoli’s worden zowel nieuwe patiënten en acute patiënten gezien alsmede chronische patiënten vervolgd waarbij de volledige cardiologie aan bod komt. Een uitzondering zijn de poli’s tijdens de GUCH stage waar de AIOS volwassenen met een congenitale hartziekte ziet. Op deze manier wordt kennis gemaakt met de poliklinische zorg binnen de cardiologie in de volle breedte.

In het begin van de opleiding (tijdens B-jaar en middels spoedpoli in het LUMC) ligt de nadruk op het ontwikkelen van een diagnostisch en therapeutisch plan voor patiënten met een nieuwe zorgvraag (zoals pijn op de borst, palpitatieklachten, preoperatieve screening en dyspnoe). Nadien komen meer academisch gerichte zorgvragen aan de orde (zoals het postoperatieve beloop na een thoraxchirurgische ingreep, patiënten met congenitale aandoeningen en de complexere elektrofysiologie en genetica). Dit sluit dan aan op de stage die de AIOS op dat moment loopt. In het laatste 1 tot 1,5 jaar heeft de AIOS zijn of haar eigen vaste polikliniek (algemene poli of kleppoli) waarbij met name ook langere follow up van casus mogelijk is.

De stage bestaat uit de volgende onderdelen:

  • 6 maanden, 1 dagdeel per week algemene lijnpoli tijdens B-jaar (tijdens echostage en katheterisatiestage) (+/- 20 dagdelen)
  • 3 maanden, 2 dagdelen per week congenitale poli tijdens GUCH stage (+/- 20 dagdelen)
  • 27 maanden, 1 dagdeel per week lijnpili: assistentenpoli in het LUMC of op de buitenpolikliniek in Lisse (+/- 80 dagdelen). Indien een AIOS het verdiepingsjaar non-invasieve imaging gekozen heeft, doet hij/zij een gemengde algemene/kleppenpoli in het lUMC.

De patiënten worden gezien door de AIOS, waarbij de AIOS een diagnose stelt en een behandelplan maakt. Daarna wordt dit besproken met de supervisor van de betreffende poli. Wekelijks vindt de polikliniekbespreking plaats, waar zowel complexe als veel voorkomende cardiale problemen worden besproken.

Supervisoren van de polikliniek zijn: dr. A. Scholte, dr. S. Trines, , dr. R. Scherptong, drs. F. van der Kley, dr. N. Ajmone Marsan, dr. A. Egorova en dr. H.J. Siebelink

EPA

Verwacht bekwaamheidsniveau:

Start stage: niveau 2-3
Voor ingang dienst: niveau 3
Einde stage: niveau 3-4 (4 bij start verdiepingsfase)
Einde opleiding: niveau 5

Leerdoelen

De AIOS dient zich minimaal de volgende competenties eigen te maken:

1. Ten aanzien van medisch handelen:

a) De AIOS kan een adequate anamnese afnemen en lichamelijk onderzoek uitvoeren en is in staat de verkregen gegevens georganiseerd te presenteren en te interpreteren, zowel schriftelijk als mondeling.

b) De AIOS kent de pathofysiologie en presentatievorm van niet-acute cardiale ziektebeelden, waaronder (maar niet limitatief) chronisch hartfalen, kleplijden, boezemfibrilleren en niet acute vormen van coronarialijden.

c) De AIOS kan efficiënt en doelmatig nader diagnostisch onderzoek aanvragen en kan aangeven wat de risico’s zijn verbonden aan deze onderzoekingen (bijvoorbeeld ten aanzien van coronairangiografie).

d) De AIOS kan van de diverse onderzoeken aangeven wat de diagnostische, de therapeutische en de prognostische informatie is die kan worden verkregen, en kan dit toepassen op een individuele casus.

e) De AIOS kan op grond van verkregen gegevens en in relatie tot zijn opleidingsfase een adequaat behandelplan opstellen en kan van de gekozen behandeling aangeven in hoeverre die behandeling symptoomverlichting zal geven dan wel de prognose zal verbeteren.

f) De AIOS is in staat normale en de meest voorkomende pathologische ECG’s en inspannings ECG’s te interpreteren binnen de poliklinische context van een gegeven casus.

g) De AIOS is op de hoogte van hartrevalidatie en andere vormen van poliklinische en extramurale follow-up en begeleiding van patiënten met cardiale aandoeningen.

2. Ten aanzien van communicatie:

a) De AIOS toont respect voor en een adequate mate van betrokkenheid bij de patiënt.

b) De AIOS is in staat om aan de patiënt en diens familie op begrijpelijke wijze de vermoedelijke diagnose uit te leggen en aan te geven wat het aanvullende onderzoek inhoudt (inclusief de eventueel daaraan verbonden risico’s), wat de behandelopties zijn (inclusief de daaraan verbonden risico’s), en wat de prognose van de aandoening is. Bovendien kan de AIOS ten overstaan van de patiënt en diens familie een begrijpelijk en betrouwbaar overzicht geven van de poliklinische/ klinische gebeurtenissen rondom de patiënt.

c) De AIOS kan ten aanzien van de medische gegevens adequaat zowel schriftelijk als mondeling rapporteren aan andere health care professionals, met inbegrip van een gedegen verslaglegging in de medische status.

3. Ten aanzien van samenwerking:

a) De AIOS is in staat een goede relatie te onderhouden met andere personen die bij de patiënt betrokken zijn, de diverse taken onderling goed te communiceren, en adequate instructies te verschaffen aan ondersteunend personeel.

b) De AIOS zorgt voor een efficiënt verlopend spreekuur.

c) De AIOS is op de hoogte van de op de polikliniek bestaande protocollen en voorschriften.

d) De AIOS is in staat om goed samen te werken met de huisartsen en zorg te dragen voor een adequate schriftelijke verslaglegging. Daarnaast indien nodig te overleggen met de huisarts.

4. Ten aanzien van kennis en wetenschap:

a) De AIOS geeft blijk van het kritisch beschouwen van de medische informatie rondom een casus.

b) De AIOS is op de hoogte van het bestaan en de inhoud van de Nederlandse (NVVC) en Europese (ESC) richtlijnen betreffende bepaalde veel voorkomende cardiale aandoeningen. Indien nodig zoekt hij deze op en handelt hiernaar.

5. Ten aanzien van maatschappelijk handelen:

a) De AIOS is bekend met de epidemiologie van chronische cardiale aandoeningen, waaronder coronarialijden, hartkleplijden, hartfalen en hartritmestoornissen.

b) De AIOS toont aan nagedacht te hebben over ethische kwesties die de patiëntengroep met  chronische niet-behandelbare cardiale aandoeningen betreffen (bijvoorbeeld aangaande het reanimatiebeleid).

6. Ten aanzien van organisatie:

a) De AIOS overziet het spreekuur en bereidt deze voor indien nodig.
b) De AIOS zorgt voor snelle en adequate terugkoppeling naar de huisarts. 

7. Ten aanzien van professionaliteit:

a) De AIOS vertoont adequaat persoonlijk en interpersoonlijk professioneel gedrag.

b) De AIOS kent de grenzen van de eigen competentie en handelt daarbinnen.

c) De AIOS is op de hoogte van de binnen het LUMC bestaande regels voor wat betreft professioneel gedrag.

d) De AIOS is op de hoogte van de regels voor infectiepreventie en gedraagt zich als zodanig. Tevens spreekt de AIOS anderen aan op afwijkend gedrag.

Toetsinstrumenten

  1. Directe beoordeling door de superviserende cardioloog, m.b.v. KPB’s
  2. Beoordeling van statusvoering en consultbrieven, aangevuld met specifieke bespreking hiervan, door de superviserend cardioloog en/of stagehouder, m.b.v. KPB's. 
  3. Beoordeling van patiëntbesprekingen tijdens de polikliniekbespreking m.b.v. KPB’s.

Video-opname polikliniek:
Tijdens de module polikliniek zal tenminste eenmaal een video-opname worden gemaakt van een polikliniekbezoek. Dit onderdeel van de stage staat onder supervisie van dr. Van Erven. Na de opname zal feedback worden gegeven door dr. Van Erven en een onderwijskundige.

Portfolio

  • 2 Algemene KPB’s
  • 2 KPB’s tav brief/statusvoering

Aanbevolen literatuur

  • ESC Textbook of Cardiovascular Medicine
  • Medische richtlijnen (LUMC, NVVC, ESC, AHA-ACC)