Opleiding Cardiologie Regio West

Stage consulten

Deze module duurt volgens het landelijk opleidingsplan cardiologie drie maanden en kan op verschillende locaties worden gevolgd. De cardioloog wordt vaak in de consultensfeer betrokken bij een groot aantal afdelingen en komt hierdoor in aanraking met een breed spectrum aan klinische casuïstiek en patiënten
met vaak complexe multi-problematiek. Zowel inhoudelijk als communicatief goede samenwerking met collega’s van de andere disciplines is essentieel.
Het adequaat kunnen onderscheiden van hoofd en bijzaken en definiëren van de specifieke vraagstelling aan de cardioloog is hierbij van belang.

Het is wenselijk dat de AIOS voor aanvang van de stage voldoende inzicht en bij voorkeur ervaring heeft in de beschikbare niet-invasieve imaging technieken om deze te interpreteren en eventueel zelf uit te voeren.

Aanvullend op de algemene consultenstage zijn de consulten op intensive care van belang. In de thoraxcentra (LUMC of Haga Ziekenhuis) krijgt deze vorm afhankelijk van de lokale afspraken. De focus van de stage ligt op de acute cardiale zorg op de intensive en medium care afdelingen waarbij extra aandacht kan worden besteed aan de beschikbare inotropie, vasopressie middelen ter hemodynamische ondersteuning van de kritisch zieke patiënten en de invasieve modaliteiten zoals IABP, Impella, ECMO, LVAD.

Stage LUMC
Duur: 3 maanden
Stagehouder: Dr. E.R. (Eduard) Holman

Inhoud van de stage

De stage omvat de consulten in de kliniek waarbij cardiologische zorg wordt geleverd aan patiënten die opgenomen zijn op een andere afdeling. Het gaat hierbij om de diagnostiek en behandeling van acute cardiale problemen zoals acuut hartfalen, (supraventriculaire) ritmestoornissen, cardiale ischemie, tamponade en klinische verdenking op endocarditis. Indien nodig en zo mogelijk maakt de AIOS zelf de transthoracale echo’s bij de patiënten bij wie hij/zij in consult is. Daarnaast beheert de AIOS de huisartsentelefoon. Deze telefoon is bedoeld voor niet-spoedeisend overleg voor de eerste lijn.

Supervisoren van de consulten zijn: Prof. dr. D.A. (Douwe) Atsma en Dr. E.R. (Eduard) Holman

EPA

Uitvoeren van een intercollegiaal consult bestaande uit diagnostiek en behandeling van patiënten van een niet-cardiologisch specialisme

Verwacht bekwaamheidsniveau:
Start stage: niveau 2-3
Voor ingang dienst: niveau 3
Einde stage: niveau 3-4 (4 bij start verdiepingsfase)
Einde opleiding: niveau 5

Leerdoelen

De AIOS dient zich minimaal de volgende competenties eigen te maken:

1. Ten aanzien van medisch handelen:

a) De AIOS kan een adequate anamnese afnemen en lichamelijk onderzoek uitvoeren en is in staat de verkregen gegevens georganiseerd te presenteren en te interpreteren, zowel schriftelijk als mondeling.

b) De AIOS kent de pathofysiologie en presentatievorm van niet-acute cardiale en acute cardiale ziektebeelden, waaronder (maar niet limitatief) acuut en chronisch hartfalen, kleplijden, boezemfibrilleren, acute tamponade, en acute vormen van coronarialijden.

c) De AIOS kan efficiënt en doelmatig nader diagnostisch onderzoek aanvragen en kan aangeven welke risico’s zijn verbonden aan deze onderzoekingen (bijvoorbeeld ten aanzien van coronairangiografie).

d) De AIOS kan van de diverse onderzoeken aangeven wat de diagnostische, de therapeutische en de prognostische informatie is die kan worden verkregen, en kan dit toepassen op een individuele casus.

e) De AIOS kan op grond van verkregen gegevens en in relatie tot zijn opleidingsfase een adequaat behandelplan opstellen en kan van de gekozen behandeling aangeven in hoeverre die behandeling symptoomverlichting zal geven dan wel de prognose zal verbeteren.

f) De AIOS is in staat normale en de meest voorkomende pathologische ECG’s en inspannings ECG’s te interpreteren binnen de context van een gegeven casus.

2. Ten aanzien van communicatie:

a) De AIOS toont respect voor en een adequate mate van betrokkenheid bij de patiënt.

b) De AIOS is in staat om aan de patiënt en diens familie op begrijpelijke wijze de vermoedelijke diagnose uit te leggen en grofweg aan te geven wat het aanvullende onderzoek inhoudt (inclusief de eventueel daaraan verbonden risico’s), wat de behandelopties zijn (inclusief de daaraan verbonden risico’s) en wat de prognose van de aandoening is. Bovendien kan de AIOS ten overstaan van de patiënt en diens familie een begrijpelijk en betrouwbaar overzicht geven van de klinische gebeurtenissen rondom de patiënt

c) De AIOS kan ten aanzien van de medische gegevens adequaat zowel schriftelijk als mondeling rapporteren aan andere health care professionals waaronder de aanvragende zorgverleners van andere verpleegafdelingen, met inbegrip van een gedegen verslaglegging in de medische status.

3. Ten aanzien van samenwerking:

a) De AIOS is in staat een goede relatie te onderhouden met andere personen die bij de patiënt betrokken zijn, de diverse taken onderling goed te communiceren, en adequate instructies te verschaffen aan ondersteunend personeel.

b) De AIOS is in staat om goed samen te werken met de cardiologen in de regio en bij overdracht van patiënten zorg te dragen voor een adequate mondelinge en schriftelijke overdracht.

4. Ten aanzien van kennis en wetenschap:

a) De AIOS geeft blijk van het kritisch beschouwen van de medische informatie rondom een casus.

b) De AIOS kan aangeven welke discussiepunten er momenteel in de literatuur spelen rondom niet-acute cardiale ziektebeelden, inclusief discussies met betrekking tot invasief ingrijpen bij coronarialijden, hartklepchirurgie, en ritmestoornissen (ablatie, ICD implantatie).

5. Ten aanzien van maatschappelijk handelen:

a) De AIOS is bekend met de epidemiologie van chronische cardiale aandoeningen, waaronder coronarialijden, hartkleplijden, hartfalen en hartritmestoornissen.

b) De AIOS toont aan nagedacht te hebben over ethische kwesties die de patiëntengroep met chronische niet-behandelbare cardiale aandoeningen betreffen (bijvoorbeeld aangaande het reanimatiebeleid).

c) De AIOS kan ongeveer aangeven wat de kosten zijn van diverse diagnostische en therapeutische benaderingen.

6. Ten aanzien van organisatie: 

a) De AIOS overziet nut en noodzaak van opname op een specifiek cardiologische patienten die worden gezien in consult.

b) De AIOS is in staat op adequate wijze het diagnostisch en therapeutisch proces rondom de cardiaal belaste patiënt op andere verpleegkundige afdeling te organiseren en te bewaken.

c) De AIOS weet adequaat prioriteiten te stellen en hulp in te roepen indien geconfronteerd met gelijktijdig optreden van problemen bij meerdere patiënten.

d) De AIOS is punctueel met betrekking tot afspraken, o.a. betreffende gesprekken met familie maar ook aanvragende artsen.

7. Ten aanzien van professionaliteit:

a) De AIOS vertoont adequaat persoonlijk en interpersoonlijk professioneel gedrag.

b) De AIOS kent de grenzen van de eigen competentie en handelt daarbinnen.

c) De AIOS is op de hoogte van de binnen het LUMC bestaande regels voor wat betreft professioneel gedrag.

d) De AIOS is op de hoogte van de regels voor infectiepreventie en gedraagt zich als zodanig. Tevens spreekt de AIOS anderen aan op afwijkend gedrag.

Toetsinstrumenten

  1. Directe beoordeling door de superviserende cardioloog, m.b.v. KPB’s.
  2. Beoordeling van statusvoering en consultbrieven, aangevuld met specifieke bespreking hiervan, door de superviserend cardioloog en/of stagehouder, m.b.v. KPB's.
  3. Beoordeling van patiëntbesprekingen tijdens het ochtendrapport en tijdens specifiek daartoe gereserveerde onderwijsmomenten m.b.v. KPB’s.
  4. Beoordeling van referaten door leden van de opleidingsgroep.

Portfolio

  • 2 Algemene KPB’s
  • 2 KPB’s tav brief/statusvoering
  • 1 CAT / referaatbeoordeling
  • Stagegesprekken: aanvang stage, halverwege stage en einde stage, inclusief zelfreflectie

Aanbevolen literatuur

  • ESC Textbook of Cardiovascular Medicine
  • Medische richtlijnen (LUMC, NVVC, ESC, AHA-ACC)