Opleiding Cardiologie Regio West

Lijnstage polikliniek

Stage Haaglanden Medisch Centrum
Duur: 6 maanden parallel met stage beeldvorming en/of hartcatheterisatie
Stagehouder: Dr. A.P. (Anouk) van Alem

Deze module loopt volgens het landelijk en regionaal opleidingsplan cardiologie als een rode draad door de opleiding van het 3e/4e tot het zesde jaar en behelst 100-150 dagdelen polikliniek. Binnen het Haaglanden Medisch Centrum wordt een lijnstage van maximaal 6-12 maanden aangeboden. De AIOS werkt tijdens de beeldvormingsstage en hartcatheterisatiestage en eventueel de consultenstage (per 2021) 1 dagdeel per week op de polikliniek en doet dan een algemeen cardiologisch spreekuur.

Inhoud van de stage

De stage omvat de een algemene polikliniek cardiologie, inclusief voorbereiding, bespreking en evaluatie met de supervisor en het uitwerken van brieven, contact met verwijzer en bespreken van patiënten in diverse gremia als hartteam, ritmeteam, device-team, hartfalenteam, enz.
Focus van de stageperiode is de ambulante cardiale tweede lijn zorg, waarbij alle themakaarten van de ESC aan de orde kunnen komen. Er worden geen speciale thema-poliklinieken gedaan. De AIOS ziet de patiënt, maakt een (differentiaal-) diagnose en een plan van aanpak, behandelplan. Er wordt snel gezorgd voor adequate communicatie met de verwijzer, de patiënt en eventuele belanghebbenden, deugdelijke administratie inclusief DOT/DBC registratie, bespreking van moeilijke casuïstiek in teams en alle stappen worden besproken met de supervisor.
Poliklinieken zullen zoveel als mogelijk gesuperviseerd worden door de stagehouder, eventueel door één van de andere cardiologen van de opleidingsgroep.

EPA

Uitvoeren van een poliklinisch spreekuur bestaande uit behandeling van nieuwe patiënten en van chronische patiënten.

Verwacht bekwaamheidsniveau:
Start stage: niveau 2
Halverwege stage: niveau 3
Einde HMC stage: niveau 3
Einde opleiding: niveau 5

Weekprogramma

Het weekprogramma wordt bepaald door de stage waarin de AIOS zich bevindt en behelst 1 dagdeel per week polikliniek, met voorbereiding en nabespreking en uitwerking.

Leerdoelen

De AIOS dient zich minimaal de volgende competenties eigen te maken:

1. Ten aanzien van medisch handelen:

De AIOS:

a) kan een adequate anamnese afnemen en lichamelijk onderzoek uitvoeren en is in staat de verkregen gegevens georganiseerd te presenteren en te interpreteren, zowel schriftelijk als mondeling.

b) beschikt over kennis over diagnose stellen en behandeling van de (complexe) cardiovasculaire ziekteproblematiek, met inachtneming van de (inter)nationale en/of (loco)regionale richtlijnen.

c) beschikt over kennis over primaire en secundaire preventie van cardiovasculaire ziekten.

d) beschikt over kennis van interacties en bijwerkingen van voorgeschreven medicatie en kent de meeste representanten van medicatieklassen in namen, gangbare doseringen en beschikbare sterkten.

e) beschikt over kennis om op grond van gebruikelijke diagnostische testen (labonderzoeken, ECG, radiologie, echocardiografie, ergometrie, cardiale MRI, CT, nucleair onderzoek, Holter, enz) klinische besluiten te baseren.

f) beschikt over kennis voor het adequaat interpreteren van een ECG en ritme-analyses, inclusief registraties van devices.

g) toont kennis en begrip van genderverschillen, heeft aandacht voor multiculturele achtergrond van patiënten, functionele ongeletterdheid.

2. Ten aanzien van communicatie:

De AIOS:

a) toont respect voor en een adequate mate van betrokkenheid bij de patiënt.

b) is in staat om aan de patiënt en diens familie op begrijpelijke wijze de vermoedelijke diagnose uit te leggen en grofweg aan te geven wat het aanvullende onderzoek inhoudt (inclusief de eventueel daaraan verbonden risico’s), wat de behandelopties zijn (inclusief de daaraan verbonden risico’s) en wat de prognose van de aandoening is. Bovendien kan de AIOS ten overstaan van de patiënt en diens familie een begrijpelijk en betrouwbaar overzicht geven van de klinische gebeurtenissen rondom de patiënt.

c) kan ten aanzien van de medische gegevens adequaat zowel schriftelijk als mondeling rapporteren aan andere zorgprofessionals, met inbegrip van een gedegen verslaglegging in de medische status.

3. Ten aanzien van samenwerking:

De AIOS:

a) is in staat een goede relatie te onderhouden met andere personen die bij de patiënt betrokken zijn, de diverse taken onderling goed te communiceren, en adequate instructies te verschaffen aan ondersteunend personeel.

b) zorgt voor een efficiënt verlopend spreekuur.

c) is op de hoogte van de op de polikliniek bestaande protocollen en voorschriften.

d) is in staat om goed samen te werken met de huisartsen en zorg te dragen voor een adequate schriftelijke verslaglegging. Daarnaast zorgt de AIOS voor eventueel aanvullend adequaat mondeling overleg en afstemming met collegae in de eerste lijn en gerelateerde zorgprofessionals.

4. Ten aanzien van kennis en wetenschap:

De AIOS:

a) geeft blijk van het kritisch beschouwen van de medische informatie rondom een casus.

b) kent in hoofdlijnen de vigerende protocollen van de grote ziektebeelden, waaronder stabiele coronair syndromen, acute coronair syndromen, kleplijden, endocarditis, ritme- en geleidingsproblemen. De AIOS maakt zich bekend met de vigerende ESC en NVVC richtlijnen en gebruikt ze waar van toepassing. Indien deze nog niet inhoudelijk geheel bekend zijn bij de AIOS worden ze opgezocht en doorgenomen wanneer van toepassing op casuïstiek van de polikliniek.

5. Ten aanzien van maatschappelijk handelen:

De AIOS:

a) is bekend met de epidemiologie van chronische cardiale aandoeningen, waaronder coronarialijden, hartkleplijden, hartfalen en hartritmestoornissen. 

b) toont aan nagedacht te hebben over ethische kwesties die de patiëntengroep met chronische niet-behandelbare cardiale aandoeningen betreffen (bijvoorbeeld aangaande het reanimatiebeleid).

c) kan ongeveer aangeven wat de kosten zijn van diverse diagnostische en therapeutische benaderingen.

d) houdt rekening met socio-economische, culturele en religieuze diversiteit van onze populatie en hoe die ziektebeleving en therapietrouw beïnvloeden. Ook toont de AIOS aandacht voor ongeletterdheid en gebrekkige digitale toegang en vaardigheden van een deel van de patiëntenpopulatie.

6. Ten aanzien van organisatie:

De AIOS:

a) overziet het spreekuur en bereidt waar nodig deze voor, al dan niet vooraf overleggend met supervisor.

b) zorgt voor snelle en adequate terugkoppeling naar de verwijzend huisarts en meldt patiënten waar nodig adequaat aan voor bespreking in hartteam, ritmeteam, of andere gremia voor overleg binnen HMC en regionale samenwerkingsverbanden.

c) zorgt er voor dat alle benodigde gegevens compleet zijn en waar dit niet zo is snel gecorrigeerd wordt.

7. Ten aanzien van professionaliteit:

De AIOS:

a) vertoont adequaat persoonlijk en interpersoonlijk professioneel gedrag.

b) De AIOS kent de grenzen van de eigen competentie en handelt daarbinnen.

c) De AIOS is op de hoogte van de binnen het HMC bestaande regels voor wat betreft professioneel gedrag.

d) De AIOS is op de hoogte van de regels voor infectiepreventie en gedraagt zich als zodanig. Tevens spreekt de AIOS anderen aan op afwijkend gedrag.

Toetsinstrumenten

  1. Directe beoordeling door de superviserende cardioloog, m.b.v. KPB’s
  2. Beoordeling van statusvoering en ontslagbrieven, aangevuld met specifieke bespreking hiervan, door de superviserend cardioloog en/of stagehouder, m.b.v. KPB's.
  3. Beoordeling van patiëntbesprekingen tijdens het ochtendrapport en tijdens specifiek daartoe gereserveerde onderwijsmomenten m.b.v. KPB’s.
  4. Beoordeling van referaten door leden van de opleidingsgroep.
  5. Verslagen van verpleging en patiënten aangaande het functioneren van de AIOS, uitgebracht op verzoek van de opleider.

Portfolio

  • 2 Algemene KPB’s.
  • 2 KPB’s t.a.v. brief/statusvoering.
  • 1 CAT / referaatbeoordeling over poliklinische problematiek, tenzij al 2 CATs in de B-opleidingsfase.
  • Stagegesprekken: aanvang stage, halverwege stage en einde stage, inclusief zelfreflectie.
  • Globale bespreking van de AIOS maandelijks door de vakgroep en het inschatten van EPA niveau. Deze wordt door de stagehouder e/o opleider teruggekoppeld bij gesprek halverwege de stage en bij de eindbespreking.
  • De AIOS houdt een geanonimiseerd overzicht bij van aantallen polikliniek-patiënten, nieuw of vervolg of chronisch, globale casusbeschrijving.
  • In samenspraak met stagehouder kan er gekozen worden voor een of meerdere sessies video-observatie van polikliniek, gericht op gesprekstechniek, non-verbale communicatie, openheid en directheid in anamnese.

Aanbevolen literatuur

  • ESC Textbook of Cardiovascular Medicine (laatste editie)
  • Braunwald of Topol (laatste editie)
  • Medische richtlijnen (NVVC, ESC, ACC)